Zonder fysieke lijn meewandelen is noodzakelijk om de basis- en andere behoeften van de hond te vervullen, zoals genoeg snuffeltijd en vrijheid krijgen en zijn/haar loopsnelheid zelf mogen bepalen. Het is noodzakelijk honds gedrag en vrijheid van handelen tijdens het wandelen. Je kan het ook honds wandelen noemen.
Uiteraard altijd binnen de algemene gedragsregels rond veiligheid, respect en het vermijden van overlast.
...
Een hond kan alleen goed in balans zijn, als hij regelmatig los mee mag wandelen. Zonder fysieke lijn wandelen biedt, de hond de mogelijkheid om zelfstandig impulsen te volgen en te controleren en te bewegen op de manier zoals de natuur heeft bedoeld bij de samenstelling van zijn/haar bewegingsapparaat:
– voorwaarts lopen, draven, rennen, sprinten.
– remmen.
– snuffelen.
– wegstappen, sprinten, wachten….
Los mee wandelen geeft de hond de kans om zijn/haar snelheid zelf te bepalen, wat aangelijnd nooit kan.
Zo zal een jonge hond veel meer behoefte hebben aan snelheid dan een oudere hond. Ook zal de snelheid afhangen van het ras. Jachthonden hebben niet alleen meer beweging nodig, maar ook meer behoefte aan sneller lopen. Uitgesproken waakrassen zullen relatief minder behoefte hebben aan rennen. Natuurlijk is er ook individueel veel verschil. Los mee wandelen geeft de hond de kans zijn/haar snelheid individueel in te vullen.
Maar loslopen betekent ook hondse informatie verzamelen en verwerken.
Het primaire zintuig van de hond is de neus. Alle geurtjes onderweg maken deel uit van de “hondenkrant“ die onze hond graag leest. Helaas betekent lopen aan de lijn meestal, dat de hond zo’n beetje halverwege het lezen van zijn/haar krantenartikel weer wordt meegetrokken. Dit zorgt voor veel stress en frustratie bij de hond.
Los mee wandelen versterkt ook het zelfvertrouwen van de hond en geeft hem/haar de kans om zelf beslissingen te nemen.
De vrijheid om zelf te mogen beslissen over “de leesduur“ van een geurtje.
“Ga ik nog even verder snuffelen of loop ik het baasje al achterna?”
Een gezin bestaat vaak uit volwassenen, kinderen en één of meer hond (-en). Volwassenen, kinderen en honden wandelen allemaal op een andere en eigen manier.
Als volwassen mens loop je meestal in rechte lijn met een snelheid van 3 à 6 km/u. Ons voornaamste zintuig is het zicht. Wij nemen vooral waar door het opnemen van visuele prikkels.
Kinderen zullen minder op een rechte lijn lopen en het zal voor hen veel moeilijker zijn om op de paden te blijven, wat nochtans meestal verplicht is. Kinderen lopen veel meer met wisselende snelheden. Zij zullen stappen, springen, huppelen, rennen, sprinten,…
Kinderen krijgen dus ook de vrijheid om dit zelf naar behoefte in te vullen. Als je kinderen aan de hand houdt dan zullen ze snel zeuren en protesteren. We beseffen dat onze kinderen andere behoeften hebben dan volwassenen. Kinderen houden de volwassenen in de gaten en zullen zich niet ver verwijderen van de groep (ook dit is normaal instinctief gedrag). De volwassenen houden altijd een waakzaam oog op de jonge kinderen (waar zijn ze , wat doen ze) tot ze zelfstandig genoeg zijn.
Ook de hond heeft specifieke behoeften tijdens het wandelen.
Net als kinderen bewegen honden sneller dan volwassen mensen en daar komt nog bij dat honden leven in een wereld van geuren. Wandelen betekent voor hen vooral geuren vinden, ervaren, analyseren en verwerken.
De hond loopt dus kris kras op het pad en aan de rand van het pad. Als de hond een geurtje ontdekt dan zal hij/zij stoppen en het geurtje “lezen”. Ondertussen stapt het baasje natuurlijk verder. Als de afstand tussen de hond en het baasje vergroot, dan zal de instinctieve drang om bij de groep te blijven toenemen en de hond zijn/haar baasje achterna rennen. Hij/zij steekt dan het baasje voorbij tot aan het volgende interessante geurtje en daarna gaat de hond weer nieuwe geurtjes vinden en lezen.
Net als bij kinderen houden de verantwoord(elijk) los wandelende baasjes de hond(en) steeds waakzaam in de gaten om de controle te behouden en ze netjes op het pad of aan de rand van het pad te houden.
Aangelijnd met een lijn met voldoende lengte kan je wel snuffelvrijheid geven maar te weinig snelheid van bewegen.
Hoeveel lijnlengte of lijnvrijheid heeft een hond minimum nodig? En kan een hond gelukkig zijn als hij/zij altijd aangelijnd meeloopt?
Het hangt natuurlijk af van het ras, de leeftijd, het individu. Een jachthond heeft heel veel energie en bewegingsdrang en zal zelden gelukkig zijn als hij/zij altijd aangelijnd blijft. Er zijn ook rassen die minder bewegingsdrang hebben,
maar ook dan nog kan je je de vraag stellen “waarom aanlijnen en de vrijheid fel beperken met een fysieke lijn als de hond verantwoord(elijk) los kan wandelen met de mentale lijn en daardoor meer natuurlijke vrijheid krijgt!?”
Er zijn ook honden die om de één of andere reden niet altijd of nooit zonder fysieke lijn kunnen wandelen en daarom meer of altijd aangelijnd blijven. Dan is het belangrijk om zeker zoveel mogelijk lijnvrijheid te bieden en absoluut niet de ganse tijd met een korte lijn wandelen.
Lees ook de fysieke lijn en de mentale lijn.
Verantwoord(elijk) los is belangrijk voor de noodzakelijke individuele wandelbehoeften van de hond.